Ze eet zes gamba’s
bij het vallen van de avond
op een terras
aan een plein
in een zwoele Spaanse stad.
Zes gamba’s
geserveerd op een kleine witte schaal
met enkel wat citroen
en witte wijn per glas
om het geheel op smaak te brengen.
Een pover hoofdgerecht
wat mij betreft
maar zij toont zich tevreden
een lichte maaltijd
daarop slaapt ze beter.
Hoewel, erkent ze opgewekt
één euro tachtig per gamba
dat ligt misschien toch
wat zwaar op de maag.
Ze lacht, het fonkelt in haar ogen
en ze heeft niet in de gaten
hoe ze het plein laat sprankelen
met louter haar aanwezigheid.
Gedicht: J. van Vliet
Lino: Marjon Euser